Ooit werd ik op een vroege zondagmorgen geroepen bij een familie van wie de zoon plotseling was overleden. Terwijl ik met de familie sprak, lag die jongen daar, dood. Ik twijfelde. Kon ik nog enige aandacht geven aan die jongen, die even tevoren nog leefde? Ik wist dat een rk priester het lichaam van zo’n jongen zou zegenen. Maar kon ik dat ook doen? Ik voelde me plotseling erg protestants. Wij hadden niet geleerd met zulke situaties om te gaan.
Nu is er het Dienstboek PKN deel II. Daar staat op pag. 956 wat je kunt doen, als iemand onverwacht dood wordt aangetroffen: je kunt een kruisteken op zijn voorhoofd maken en een zegen uitspreken. Had ik dat maar gedaan.
Als je bij een stervende geroepen wordt, is het vanzelfsprekend, dat je bidt en zegent. Dat wordt van je verwacht. In Dienstboek deel II staan vanaf pag. 952 veel voorbeeldgebeden en zegeningen. Bijvoorbeeld:
“Dat je mag terugkeren naar Hem
die jou geformeerd heeft
uit het stof der aarde.
Dat Christus
omgeven door de grote wolk van getuigen
van alle tijden en plaatsen
je tegemoet kome
nu je uit dit leven weggaat.“
Meer dan eens zal het gebeuren dat je er als dominee of ouderling niet bij kunt zijn als iemand sterft. Maar wat je wel kunt doen, is zorgen dat de naast-
Ds Lieske Keuning